Melkhuisje, de uren
Vondelpark op zondagmiddag samen met Tim.
Ik was blij dat we niet als spelletje hadden afgesproken de mensen te tellen, niet te doen.
Een gang naar het Melkhuisje, de oranje skippybal was nieuw, de gang naar het Melkhuisje, bijna zo oud als ikzelf.
Mijn eerste nieuwe fiets werd er gejat toen ik een jaar of zeven was (nooit meer een echt nieuwe gekregen terwijl het niet eens mijn schuld was).
Op het terras was he zo druk dat er geen enkel tafeltje meer vrij was.
Op stoelenjacht en op zoek naar een tafeltje waar er nog wel 2 mensen bijkonden. Dat vonden we inclusief gratis gesprekspartner voor mij en een speelmaatje voor Tim. Het zonnetje scheen, de gesprekspartner was bepaald in voor een praatje.
In mijn tas brandde het boek dat echt echt uitgelezen wilde worden, zo mooi.
Het werd een gezellig compromis: we hadden het over kinderen, lengte, (haar kind veel groter, maar het mijne ouder) leeftijd en het Melkhuisje: over de eurosluprmachines (ja ze mochten van ons best een kwartiertje op het springkussen voor 2 eur p.p.). Tja en als de een een stuiterbal voor 50ct mag trekken uit zo’n apparaat, waarom de ander dan niet.*
Na een kwartiertje leegde ik mijn tas, waarin ook nog Volkskrant en Parool zaten.
“Als je soms een stukje krant wilt…”?” om vervolgens in mijn boek te verdrinken.
Er zijn maar weinig mooiere plekken om in een mooi boek te duiken dan op zo’n uitbundig druk terras: iedereen blij, vanuit je ooghoeken krijg je de wereld nog mee, maar verder is er niets dan het boek.
Ik las De uren, van Michael Cunningham, gevonden op de boekenmarkt van Tim’s school.
Zo’n gelukkige vondst: kende de schrijver, daar had ik al eerder een prachtig boek van gelezen, kende niet het boek dat niet tegelijkertijd een knappe verwijzing naar en een hommage aan Virginia Woolf bleek te zijn.
Van al die vele momenten dat ik als kind, met kinderen in diverse leeftijdsstadia, altijd maar weer op die blauwe stoeltjes (die zijn vast net zo oud als ik ondertussen) heb doorgebracht, zal het uitlezen van dit boek en het slaken van de diepe zucht die past bij het uitlezen van een boek dat je uit wilt hebben maar dat tegelijkertijd niet uit mag zijn, me nog lang heugen.