Net als in de film
Zoon Tim kreeg na een aantal zelf gewilde audities afgelopen maandag opeens de kans om een klein rolletje in de film “My Queen Karo” te gaan spelen.
Hij was diep onder de indruk, mocht zelf kiezen of hij de wilde gaan spelen en of hij het het waard vond om daarmee zijn eerste schooldag te gaan missen.
Hij koos, zei ja en mocht daarvoor om zes uur zijn bed uit om zich om 6.45 te melden op de set bij een oud amsterdams kraakpand.
Het idee van film en glamour was daarmee meteen verdwenen.
]Sinds de film zich afspeelt in de kraak/hippie scene in Amsterdam, kwam hij ook in een redelijk afgeragde omgeving terecht.
Het deerde hem niets, hij vond het cool en gaaf, alhoewel hij om vier uur toen het einde gepland, maar de opnames nog niet afgelopen waren, wel anders piepte.
Hij was kapot.
Ik hoorde in het halen en brengen veel over een wereld die mij volstrekt onbekend is: buy outs, quit claims en het circuit van figuranten en edelfiguranten. Ik geloof niet dat ik een gevoel van gemis heb, bij wat ik kennelijk gemist heb.
Ik ben blij voor Tim dat hij dit een keer heeft meegemaakt, ben benieuwd of de filmwens na deze ervaring nog steeds zo heftig leeft, maar genoot van zijn stralende gezicht op het moment dat hij uitbetaald kreeg: dat maakte in een klap alle vermoeienissen goed.
En natuurlijk werd een klein deel van de verdiensten onmiddellijk daarna ingezet bij de speelgoedwinkel voor de aanschaf van nieuwe Lego.