
De Touretappe Alpe ‘d Huez
Een kolkend feest vanf het eerste tot het laatste moment. Vanuit ons alpenweitje boven bocht
Een kolkend feest vanf het eerste tot het laatste moment. Vanuit ons alpenweitje boven bocht
Alsof het allemaal nog niet genoeg was dit Alpe d’Huez feest, vielen we s’avonds met onze neus in de boter. We maakten de live uitzending van “Sport Zomer”, in de tuin van her kerkje waar de vorige pastoor altijd de klokken luidde als een Nederlander won op de Alpe d’Huez. Mart Smeets had als gasten Thomas Dekker een coming wielerman, en een belgische sportverslaggever. Hij liet veel beelden van eerder zien die we vanuit onze plek niet konden bekijken, gelukkig nam een collega van Marco alles op zodat we dat rustig thuis nog eens na kunnen kijken.
We maakten nog een nachtelijk rondje langs de finish waar de eerste volgvrachtauto’s luid toeterend binnenkwamen. De spanning van dit feest loopt op.
Ergens op de dag onttrok ik me even aan “het met z’n zessen in de camper”en zocht de vrijheid van een internetcaf
Sinds ons besluit is de gekte in Alpe d’ Huez alleen maar toegenomen, een sfeer en drukte die amper te beschrijven is. Het dorp is als skidorp heel weids. Het heeft 32.000 bedden voor overnachting. Op dit moment staan er daarnaast minstens tweeduizend campers en evenzoveel tentjes op elk vrij plekje tot aan de middenberm van de vele rotondes aan toe. Vanmiddag, een dag voor de etappe, keken zeker 1000 mensen via groot scherm buiten naar de overwinning van Armstrong. En het moet allemaal nog beginnen. Vannacht arriveert de tourcaravaan en morgen de tijdrit. Het is hier nog niet eerder zo druk geweest, verklaarde een local, terwijl ze toch al wat eerdere touretappes hier gehad hebben; Wij gaan er helemaal in de komende 24 uur en genieten volop.
Gelukkig haalden onze mannen het. Marco deed dit al een paar keer eerder, maar voor Mick was het een ware tour de force. Ik ben apetrots. We besloten die nacht te blijven zodat Marco het verdiende diner met bier kon nuttigen en we een beetje van die sfeer van gekte konden proeven. Terug bij onze parkeerplaats stuitten we op een campement van Limburgers die niet alleen drie cmpers maar ook een generator een 160 liter Limburgs tapbier bij zich hadden. Ik drink geen bier, maar heel soms vergeet ik dat. In de ochtend werd duidelijk dat de gekte ons allemaal te pakken had. Het besluit viel, we zouden blijven en de touretappe meemaken.
Al eerder had Lotte de wens geuit een etappe van de Tour de France te kunnen zien. Hij leek absoluut niet in ons reisschema te passen. Om dat verlies iets te compenseren, besloten we om hem dan maar voor wie dat wilden op te fietsen en toch even in Alpe d’ Huez te gaan kijken. Speciaal daarvoor nam ik voor het eerst deze vakantie het stuur van de camper over om weer als bezemwagen te kunnen dienen. Al beneden in Bourg d’Oisans bleek dat het toen al (zondag) een gekkenhuis was. Parkeerplaatsen stonden vol met campers en veel tourvlaggen waren al zichtbaar. Mick en Marco waagden zich aan de beklimming. Ik deed mijn eigen tour de force en reed de camper omhoog. Al vanaf de eerste bocht, bleek de totale gekte; er was geen plekje onbenut. Overal stonden campers, tentjes, auto’s. Mijn belofte om op een derde van de rit even te wachten, strandde op een absolute onmogelijkheid. Alle eenentwintig bochten naar boven stonden vol en werden al gevangen in een enthousiaste sfeer van heel veel mensen waaronder natuurlijk erg veel Nederlanders. “Die mensen zijn volstrekt gestoord”, zeiden wij nog, “het duurt nog 4 dagen”. Eenmaal boven bleek dat het nog veel gekker kon; overal stonden campers en tentjes. Wij vonden op de valreep nog een plekje met de camper; na 21 bochten en het inparkeren was mijn rug kleddernat van het zweet. Wij liepen naar een plek met mooi zicht op de aankomst van onze renners in de hoop dat het ze zou lukken, want teruggaan zou lastig worden.
Al snel vervulden we nog een jongensdroom van Marco; wildkamperen op de Col du Lautaret. Tegen een prachtige ondergaande zon en met zicht op de gletcher aten wij kaasfondue in de camper. Geen plek zo gek of ik maak er kaasfondue. De technische stellage die nodig is voor de rechaud, wordt elke keer met gezamenlijke fantasie gevonden. In de ochtend maakten wij een prachtige wandeling naar de gletcher, omringd door uitbundig bloeiende alpenweides.
Een aantal jaar geleden; Lotte was negen en Mick twaalf, fietste Marco met hen de Galibier op. Welliswaar in drie etappes, maar het was pure heroiek. Voorbijgangers klapten luid voor die twee kleintjes. Marco zelf fietste deze lelijke reus al acht keer waarvan de laatste keer nog maar drie weken geleden bij De Marmotte. Ik ken de Galibier voornamelijk als bestuurster van de bezemwagen, luid toeterend als ik de kinderen tegenkwam. Deze keer reden ze hem met commentaar van de drie fietsers; elke meter van deze lelijke reus is met spierkrqcht en wilskracht doorleefd en dat geeft hele scherpe herinneringen, bleek. Marco had het natuurlijk niet kunnen laten om na de doorwaakte nacht niet alleen de Galibier, maar in de ochtend ook nog even de Col de Telegraph te pakken. Vlak onder de top dronken we wat in het restaurantje waar een paar jaren terug de zege van de kinderen op de Galibier was gevierd. Marco bekende aldaar toch het intenst gelukkig te zijn bovenopde Galibier. Het is altijd goed om als vrouw je concurrentes te kennen. Ik boog voor de berg.
Zaterdagochtend werd ik wakker toen de camper stopte en de motor uit ging. Marco was de hele nacht doorgereden en niet gestopt voor we de camping in Valloirs hadden bereikt. We waren net op tijd om de bakker voor de deur te treffen. Valloire kennen wij uit eerdere vakantie en ski ervaringen; een prachtig alpendorp met heel veel wandel en fiets mogelijkheden. We douchten, deden de was, laadden alle electische aparaten op. Gedurende de dag begon het te kriebelen; zo midden in de bergen en dan op een aangeharkte camping staan. Onder het motto “sunk costs” besloten we de camping gewoon te laten voor wat hij was en de Gallibier op te rijden om daar lekker boven te picknicken en wild te kamperen. Toen we ons bij de receptie gingen afmelden was de dame hoogstverbaasd en misschien zelfs wel een beetje beledigd. De camping was echter “complet” en de volgende gasten stonden al om een plaatsje te bedelen. Toen ik wilde betalen, mocht het niet; “Madamme, ce sont les nuits qui contes” herhaalde ze steeds. Met dat nieuwe devies verlieten we de camping, de Galibier op.
De vreugde was groot. De hele dag en avond beleefden we Disneyland. Tim leerde hier al snel kaart lezen.
Drommen mensen, maar weinig rijen voor de attracties. Leuk voor ons, maar slecht voor het park dat voor de zoveelste keer weer in ernstige financi
In ons rijdend huisje zijn we nu (donderdag) onderweg naar Parijs. Na de overweldigende kusten van Bretagne is dat een relatief saaie doorsteek. Maar zo rustig gezeten aan ons tafeltje in de camper hebben we al rijdend een riant uitzicht op een overweldigende zonsondergang. En verdomd als het niet waar is, zodra we de grens met Bretagne overstaken, begon de zon te schijnen en werd het 10 graden warmer.
Zojuist was er even behoorlijke consternatie. Direct na het bord “Pas op voor overstekende herten” staken er daadwerkelijk 2 de snelweg over.